maandag 31 december 2007
de mooiste van 2007
2. The Temptation Of Adam (Josh Ritter)
3. Please Be Patient With Me (Wilco)
4. The Trapeze Swinger (Iron & Wine)
5. Do What You Gotta Do (Meg Baird)
6. De Cuba (Lieven Tavernier)
7. Videotape (Radiohead)
8. Much Farther To Go (Rosie Thomas)
9. I Taught Myself How To Grow Old (Ryan Adams)
10. Pour le monde (Crowded House)
zaterdag 22 december 2007
Brief
De feesten komen eraan. Vluchten kan niet meer. Ik heb twee weken vakantie en lees Zorba de Griek. Een groots boek, ook al ben ik nog niet eens halfweg. Het gaat over alles. Veel passages geven mij buikpijn. Boekenlezers weten wat ik bedoel.
Zat ik ook maar op Creta, zoals Zorba en zijn metgezel. Overal beter dan hier. Dat is niks persoonlijks, hoor. Het zijn gewoon de donkere dagen waar ik niet tegen kan. En de lichtgevende herten. En mijn zus die ik per ongeluk zie huilen. Ondertussen is mijn kamerplant met kalme waardigheid aan het sterven. Ook dat nog. Trouwens, van de hak op de tak: heb ik intussen nog geen recht op een hoofdlettermeisje? Nou? Waar blijft ze dan? Waarom komt ze de smog niet uit de kamer jagen? (Of ken ik haar misschien al lang? Is het daarom zo moeilijk om haar te zien?)
Dag lezer, hou het warm.
maandag 10 december 2007
Op de grond
vrijdag 7 december 2007
Koebeesten
Het meisje had bruine krulletjes en ik vroeg me af of ze gelukkig was. Gelukkige meisjes, tekenen die? Bestonden daar gegevens over? Was daar al ernstig onderzoek naar gedaan?
Ik had het altijd eens zelf kunnen vragen: 'Meisje met de bruine krulletjes, ben je gelukkig?' Maar dat was geen manier van doen, zo tegen een wildvreemde. Dus ik at mijn appel en keek door het raam. Buiten in de wei stonden koebeesten.
maandag 3 december 2007
vrijdag 30 november 2007
Spijtig
woensdag 28 november 2007
What's happening in Belgium?
Nou. Nu heb ik na het typen van die eerste alinea vijf minuten zitten nadenken en ik weet nog altijd niet hoe ik mijn allesverklarende uitleg over België moet aanvatten. Het is soms lastig om een visionair te zijn. Zeker als je een keelontsteking hebt.
Laat ik dan iets anders vertellen. Ik passeerde verleden week toevallig langs mijn oude kot (voor wie het een beetje bijhoudt: ik ben deze zomer verhuisd naar een hip appartementje) en ik zag dat er op mijn vroegere bel een andere naam hing. De klootzakken. Zo snel gaat dat dus. Na amper, euh, vijf maanden! C'est scandaleux, ça!
Tiens, ik ga er zelfs Frans door praten. En dat terwijl ik ziek thuis zit in plaats van te werken. Doemt hier het stereotype van de Luie Waal op?
(Vergis u niet, ik zie de Walen graag.)
zaterdag 24 november 2007
Tim Hardin - How can we hang on to a dream
Niet naar luisteren als de donkere dagen je al zwaar te pakken hebben.
Gewoon een warmer jaar
donderdag 22 november 2007
van tafel
aan tafel
donderdag 15 november 2007
rood licht
Maar desondanks was het zeven uur 's morgens en heel erg koud en mijn handen figureerden in een liedje van Spinvis: de ochtenden zijn wit en koud en hoe je ook je stuur vasthoudt, de wind komt door je handschoenen heen, je vingers zijn versteend. Zo was het maar net.
Er was een bord dat "stop" zei en ik stopte.
Er was een rood licht en ik stopte opnieuw, hoewel er geen kat op straat was. Combinatie van burgerplicht en autisme.
Er was een tweede rood licht dat groen werd, maar ik bleef staan. Want vaak was dat het enige wat je nog kon doen: blijven staan. De trappers lossen.
dinsdag 13 november 2007
Meisje van het noorden
If you're travelin' to the north country fair
Where the winds hit heavy on the borderline
Remember me to one who lives there
She once was a true love of mine
If you go when the snowflakes fall
When the wind is freezin' and Summer ends
See for me if she wears a coat so warm
To keep her from the howlin' winds
See for me that her hair is hangin' long
It curls and falls all down her breast
See for me that her hair's hangin' long
That's the way I remember her best
Many times I thought about her
Many nights I pray
In the darkness of my night
In the brightness of my day
woensdag 31 oktober 2007
Twee soorten dagen
dinsdag 30 oktober 2007
Muggen, olifanten en de excuuscultuur
maandag 29 oktober 2007
Niet bang zijn van zwarte man
- Meneer! Goeiedag! (joviaal en enthousiast)
- Goeiedag. (verstrooid als altijd)
- Niet bang zijn van zwarte man! (joviaal en enthousiast)
- Nee hoor, maareuh... ik vrees... (ik zie de bui al hangen)
- Kent u Congo in Afrique? (nog steeds joviaal en enthousiast)
- ... dat u mij iets wil verkopen en ik heb geen geld bij. (verontschuldigend)
- Aaah, espèce de... (vergeet van de weeromstuit zijn jovialiteit)
- Euh... Toch bedankt. (van mijn melk)
Even serieus: is er een speciale opleiding waarin men zwarte studenten dat zinnetje "Niet bang zijn van zwarte man" aanleert? Effectief is het wel, want ik heb ooit 5 euro betaald voor een volkomen waardeloos boekje. Want ik moest toch bewijzen dat ik geen racist was?
woensdag 24 oktober 2007
Chrysanten
woensdag 17 oktober 2007
Epiphany
zondag 14 oktober 2007
Doedelzakspelers
zaterdag 6 oktober 2007
Toen ik nog schrijver was
Het was een stille straat die aan één kant doodliep. Daar stond een leegstaand huis van twee verdiepingen, los van de aanliggende arbeiderswoningen. Vroeger woonde er een oude Ierse priester die James Joyce las en met stenen naar de katten gooide. Na zijn dood kwam het huis leeg te staan en maakten de buurtjongens elkaar bang door te vertellen dat ze de overledene ’s avonds achter één van de gebroken vensterramen hadden gezien.
Tijdens de korte winterdagen trad de schemer al in terwijl wij ons avondmaal aten. Als wij elkaar daarna op straat terug ontmoetten, was de lucht al verkleurd en leken de muren bruin in plaats van wit. Met vier truien werden twee doelen gemaakt en dan speelden wij voetbal tot de straatlampen gingen branden. Achteraf gezien is het gek dat wij net op dat moment ophielden met spelen, vooral omdat in de minuten vlak vóór het aangaan van de lantaarns de bal nauwelijks nog te onderscheiden was. Maar zo was het gewoon.
Begin november kwam een nieuwe familie in de wijk wonen. Ze hadden twee zonen. De oudste was ongeveer onze leeftijd, de jongste moet zes of zeven jaar oud geweest zijn. Tijdens de eerste avonden bleven ze nog binnen, maar de derde of de vierde dag kwam de oudste vragen of hij mocht meedoen. Hij had zijn kleinere broertje bij de hand. Jij wel, zeiden wij, maar je broer niet, die is te klein. Drie van ons hadden zelf een jongere broer en zij zaten meestal tegen één van de huizen op de grond. Als de bal hun richting uitkwam, schopten ze hem terug naar het midden van de straat. Verder keken ze onbewogen toe.
De nieuweling liet de hand van zijn jongere broer los en gaf hem een zacht duwtje in de richting van de kleintjes. Door angst bevangen drukte die zich eerst nog tegen zijn grote broer aan, maar na wat onderling gefluister begaf hij zich schoorvoetend in hun richting. Hij speelde goed, de nieuwe jongen, al scoorde hij maar één keer.
Toen de straatlampen aangingen, stopten wij zoals altijd met spelen. De nieuwe jongen had op dat moment de bal en vroeg waarom er niet meer gevoetbald werd. Niemand van ons deed de moeite om zijn vraag te beantwoorden. De truien die als doelpaal hadden gediend, werden opgeraapt en wij gingen tegen de muur zitten. Hij echter bleef met de bal kunstjes uithalen. Eerst liet hij de bal zo vaak mogelijk op zijn voet botsen, daarna begon hij heen en weer te rennen, bal aan de voet, terwijl hij tussen denkbeeldige tegenstanders slalomde. Geërgerd keken wij elkaar aan, maar we zeiden niets. Plots stuitte de bal van zijn voet weg en verdween hobbelend in de verwilderde voortuin van het leegstaande huis.
vrijdag 5 oktober 2007
Eigenlijk
dinsdag 2 oktober 2007
Soep
vrijdag 28 september 2007
Vergaderen
Haakjes open.
(Ja kijk. Ik vind vrouwen geweldig, laat dat duidelijk zijn. Alleen. Vergaderen, dat is meestal niet hun ding. En als ze dan nog eens in de meerderheid zijn, ho maar, hou je vast aan de takken van de bomen. Afwijken en uitweiden tegen de sterren op. Dan kan een weldenkend man beter afhaken.)
Haakjes sluiten.
"Sorry, ik was even niet aan het opletten" bracht ik schor uit. Toen knalden een handvol vrouwelijke lachsalvo's de lucht in. Ik grijnsde schaapachtig. Waren ze niet geweldig? Vrolijk begonnen ze terug te vergaderen. Mijn enige mannelijke collega rond de tafel knipoogde samenzweerderig en haakte daarna terug vol overtuiging af. Een weldenkend man.
Zo kwam alles toch nog goed. Of toch bijna. Vroeger moest ik niet vergaderen. Vroeger waren er speelgoedbeesten.
donderdag 20 september 2007
dinsdag 18 september 2007
maandag 17 september 2007
Hoofd
In jouw hoofd is alles heel eenvoudig. Het is er - zoals je het zelf verwoordt - prettig toeven. Kijk eens aan. Pas aan de buitenkant begint de smeerlapperij. In jouw hoofd zijn er ook geen misverstanden. Dat zing je. Ik gun het je van harte. Toen ik het lied "In m'n hoofd" voor het eerst hoorde, was ik er kapot van. Het hoofd als veilige thuishaven, als baken in de nacht. Prachtig beeld. Als je het mij vraagt - maar niemand vraagt mij ooit wat - hebben we het hier over één van de mooiste liedjes in onze moedertaal. Alleen klopt er iets niet, althans voor mij. Het hoofd als toevluchtsoord? De eigen gedachtenwereld als rustpunt? Mm. Nee. Bij mij is het vaak precies andersom. Binnenin loopt het pas helemaal fout: knetterende kortsluitingen, blokkages en dingen die als los zand uit elkaar vallen. Vaak, maar niet altijd. Als er een hoofdlettermeisje is, dan gaat het goed. (Waar blijf je? Trut.) Wat er ook van zij, het is niet omdat het bij mij andersom werkt dat "In m'n hoofd" minder mooi is. Ik luister ernaar als was het een wensdroom en op die manier raakt jouw lied nogal wat gevoelige snaren bij mij. Waarvoor dank.
p.s. De pianoversie van "Gelukkig zijn" is het állermooiste Nederlandstalige lied. Maar daar durf ik enkel naar luisteren als ik geen last heb van the blues. Misschien luister ik er volgende week nog eens naar.
zondag 16 september 2007
zaterdag 15 september 2007
donderdag 13 september 2007
Hoe het zit
'Kijk...' zei hij. En ik keek naar hem en hoe zijn dunne lippen bewogen. En zijn woorden (geblaat zonder veel wol) gingen geleidelijk over in een zacht zoemen dat mij beter in de oren klonk. En iemand neuriede er wat bij in een achterkamertje van mijn hoofd. En in een andere kamer hoorde ik het geluid van brekend glas. En in nog een andere sliep één van de Meisjes die ooit een hoofdletter hadden gekregen. En er waren nog kamers, elk in een andere kleur geschilderd. Ik kende de namen van de kleuren niet, maar ze waren alvast niet grijs. En al die tijd voerde ik de handelingen uit die tot de modus 'begrijpend knikken' behoren. Je moet hem ook iets gunnen, de medemens.
Kijk, dacht ik, zorg eerst eens dat je minstens één passie in je leven hebt. En kom dan nog eens zeggen hoe het zit. Ik zal luisteren. Maar wacht niet tot ik veertig ben, want zo oud ben ik niet van plan te worden.
dinsdag 11 september 2007
Dat lijkt er al meer op
maandag 10 september 2007
Kwijt
zondag 9 september 2007
Achterop
vrijdag 7 september 2007
Content
Ach Panamarenko
Citaten uit de brochure:
"Laat het woord kunst vallen en dan denken de meeste mensen aan een doek, aan verf, aan een borstel, weet ik veel. Maar er is ook poëzie. Ook dat kun je kunst noemen. Veel mensen durven niet zeggen: dat is een knappe fles. Nee, want een fles is maar een fles, denken ze, dat is dus banaal."
"Met een idee ben je niets, je moet het uitvoeren. Alsof je zegt: 'Ik wil naar de sterren vliegen en een vliegende schotel maken, en ik heb al de lijm!' en daar houdt het dan mee op. Nee, als je met iets begint, moet je het ook afmaken."
donderdag 6 september 2007
Kris & Yves
Yves: "Kaboem!"
(gisteren in Man bijt hond)
woensdag 5 september 2007
love & fame & death
like an old woman going to the market;
it sits and watches me,
it sweats nervously
through wire and fog and dog-bark
until suddenly
I slam the screen with a newspaper
like slapping at a fly
and you could hear the scream
over this plain city,
and then it left.
the way to end a poem
like this
is to become suddenly
quiet.
(Charles Bukowski, Burning in water drowning in flame
maandag 3 september 2007
How to be alone
I'm not questioning the way I move. I left here for Wisconsin on a Sunday, with practiced inability to gather what comes close to me. I always choose to leave.
Dreaming but indifferent at best. I lay down in the kitchen with a pain across my chest. Desire to be simplified, the way a stone holds heat at night. There's nothing left to prove.
And this is how I learn to be alone. Story of my life is yours to share. A pendulum that swings across so many things. So I will always be first to leave.
I'm not questioning the things you do. Go out all night with strangers on a Friday. My practiced insecurity put prison walls around you, so I know you had to leave.
Proud and independent at your best. You’re curled up with a novel and a sweater on your chest. Desire to be rectified. The foot end of your bed replies "There's space for you to move".
And this is how you learn to be alone. Story of your life is mine to share. A pendulum that swings across so many things. So you will always be the firs to leave.
(Als u nu nog niet op zoek gaat naar de cd "Are you a dreamer?" van Denison Witmer, dan bent u goed gek. Voilà. Het mocht eens gezegd worden.)
dinsdag 28 augustus 2007
zijdelings
nieuw
zaterdag 25 augustus 2007
De Waaltjes (2)
vrijdag 24 augustus 2007
donderdag 23 augustus 2007
De Waaltjes
(Hm, ben ik het of worden mijn anekdotes er ook niet bepaald sterker op?)
woensdag 22 augustus 2007
In je hals
dinsdag 14 augustus 2007
Mea culpa
Aan al die vervelende bloggers, inclusief mezelf: je privéleven interesseert anderen geen reet. Geen reet. Rrrrrrrrrreeet. Reet. Is dat spijtig? Zeer zeker. Maar het is nu eenmaal zo. Afwachten of Yves Leterme daar met zijn formateursnota "De kracht van mensen" iets aan zal veranderen. Go Yves!
Mooie liederen en dito videoclips daarentegen, dat gaat erin als zoete koek. Huppakee! En vergeet het niet, beste kijkbuiskinderen: "The more you change, the less you feel."
donderdag 9 augustus 2007
Bukowski buitenspel 2
Gertrude moved her body to the music, moved her head to the music, and looked into my eyes.
"You have a very strange face," she said. "You're not really ugly."
"Number four shipping clerk, working his way up."
"Have you ever been in love?"
"Love is for real people."
"You sound real."
"I dislike real people."
"You dislike them?"
"I hate them."
We drank some more, not saying much. It continued to snow. Gertrude turned her head and stared into the crowd of people.
(Charles Bukowski, Factotum)
woensdag 8 augustus 2007
Bukowski buitenspel
Twaalf stuks, mijn beste lezer! (Twaalf wát, blogger van mijn voeten?) Twaalf stuks, onder de loep genomen, geregistreerd en goedgekeurd door ouwe rotten in het vak. (Twaalf wa-hat?) Een mens zou voor minder tevreden zijn. De beklemming van Bukowski's boeken wordt er niet minder op, maar ik kan er net dat tikkeltje beter tegen:
When I got back to Los Angeles I found a cheap hotel just off Hoover Street and stayed in bed and drank. I drank for some time, three or four days. I couldn't get myself to read the want ads. The thought of sitting in front of a man behind a desk and telling him that I wanted the job, that I was qualified for a job, was too much for me. Frankly, I was horrified by life, at what a man had to do simply in order to eat, sleep, and keep himself clothed. So I stayed in bed and drank. When you drank the world was still out there, but for the moment it didn't have you by the throat.(Charles Bukowski, Factotum)
vrijdag 3 augustus 2007
Zo is het niet gegaan
maandag 30 juli 2007
De Vlaamse klei
dinsdag 24 juli 2007
zondag 22 juli 2007
eender wat
zaterdag 14 juli 2007
Drie dingen
Dat deze blog al een paar weken in een soort zomerslaap verzonken is. Te druk met niksen.
Dat Kamagurka mijn gedachten gelezen heeft (zie citaat), al hoorde ik gisteren nog Ed Harcourt op Stubru. Er is nog hoop.
"Verdomme, wat een slappe koek op die radio. Niets wat nog verrast. Niets wat er niet evengoed niet had kunnen zijn. Als het geen noodzaak heeft, laat het dan toch. Er moet een dwingende toestand zijn waardoor je die dingen maakt."
(Kamagurka in De Morgen van 14 juli)
woensdag 11 juli 2007
most of the time i got nothing to say
woensdag 4 juli 2007
Personages
In de marge van het wereldgebeuren vraag ik mij af
op consequente wijze inconsequent
Dat ik dus mezelf tegenspreek en niet consequent ben. Ha. Heb ik al vaak mogen horen. Pleeg ik ook vaak over mijzelf te zeggen: "Ik ben alleen maar consequent in mijn inconsequentie." Omdat ik er genoegen in schep om dat over mijzelf te zeggen. (Terwijl ik het eigenlijk uit een liedjestekst gepikt heb.) Het klopt ook. Maar amusant is het niet.
(Het verlangen om onszelf te zijn is meestal niet zo groot)
En toch. Als je het moment per moment bekijkt. Vind ik mezelf helemaal niet zo inconsequent. (Maar mag dat?)
maandag 2 juli 2007
Op de vlucht voor Fata Morgana
woensdag 27 juni 2007
Brief aan het thuisfront
Tot spoedig,
Uw zeer geneghen zoon
dinsdag 26 juni 2007
maandag 25 juni 2007
Dingen die ik nu eenmaal doe
(voor onze noorderburen: "tas" in de zin van "kopje")
(niet in de zin van "sjakos")
(voor onze noorderburen: "sjakos" in de zin van "handtas")
Wat moet ik aanvangen met die stilaan karikaturale verstrooidheid van mij?
De Blijde Boodschap
en dacht: "Zijne Heiligheid zal toch wel gewag maken
van het toenemend verval der zeden?"
En ja hoor, nauwelijks was hij begonnen, of ik hoorde al:
decadentia, immorale, multi phyl ti corti rocci;
influenza filmi i cinema bestiale
contra sacrissima matrimoniacale
criminale atheistarum rerum novarum,
(et cum spiritu tuo), cortomo:
nix aan de handa.
Het was jammer, dat het zo kort duurde.
Maar toen het uit was, was er fijne muziek van het leger.
Ik vind dit leven al geweldig. En straks nog
het eeuwig leven in de Hemel. Je vraagt je wel eens af:
"Waar hebben wij het aan verdiend?"
(Gerard Reve)
zondag 24 juni 2007
Leuven op zondag
zaterdag 23 juni 2007
Bootleg bar
komt mij zoeken in engeland, lieveke
of misschien in spanje
waar ik ook naartoe ging
't is overal het zelfste
brengt alleszins een fles whisky mee, lieveke
of gin of iets anders tegen den dorst
ik verspeel hier al mijn vuil geld
aan de roomservice
want als ik niet drink, lieveke
dan waart ge rond mijn gedachten
en als ik niet slaap, lieveke
zit ik gegarandeerd te snotteren
probeert eens een andere stad, lieveke
misschien een ander land
waar ik ook naartoe ging
't is overal het zelfste
misschien op een dag, lieveke
zo ergens tussen overal en nergens
word ik wakker en ben ik ouder
dan toen ik ging slapen
veel en veel ouder
en dan hou ik op met proberen
komt mij zoeken in engeland, lieveke
of misschien in spanje
waar ik ook naartoe ging
't is overal het zelfste
vrijdag 22 juni 2007
Een statement als een ander (toppie)
(de verhuis daarentegen? wijlie zullen zien)
Zelfhulpmethode
A. Het plan in stappen onderverdelen. Zo bouw je de theoretische mogelijkheid in om er na elke stap mee te kappen, waardoor je elke stap veel sneller kunt zetten. "Laat ik eerst dat maar eens doen, voor de rest zien we dan nog wel." Zo schuif je langzaam maar zeker op richting doel.
B. Zorgen dat je niet terug kan. Dat is natuurlijk de ideale situatie: een stap zetten die je voor een voldongen feit plaatst. Als de twijfel later nog aan je kop komt zeuren om er toch maar mee op te houden, kan je enkel zeggen: sorry, no can do, amigo.
Vergelijk dat laatste met telefoneren. Ik haat telefoneren. Echt haten. Ze moesten Graham Bell - dat was hem toch? - aan zijn eigen telefoonsnoer opgehangen hebben toen hij met zijn duivelse toestel op de proppen kwam. Maar als een telefoontje dringend moet gebeuren, dan doe ik het volgende: (1) diep inademen, (2) snel het nummer typen, (3) "iiiiiiii, wat moet ik zeggen wat moet ik zeggen" denken en krampachtig de reflex tot inhaken onderdrukken, (4) het telefoontje op een volwassen manier afhandelen, (5) "dat heb ik knap gedaan" denken.
woensdag 20 juni 2007
Op zolder
Toen de zomers al iets korter waren, maar nog altijd lang genoeg, verstopte ik naar koffie geurende schatkaarten op diezelfde zolder, om ze daarna toevallig te ontdekken samen met mijn jongere broer. Ik weet niet wie er het hardst in geloofde, hij of ik. Het mysterie zelf bedenken en dat daarna uit alle macht proberen te vergeten. Niets verandert ooit.
Vroeger was ik bang om in een huis te wonen waar geen mama of papa waren. Wat dan met inbrekers? Wat als ze binnen raakten en mijn achtervolgden tot op de hoogste verdieping en ik door het raam moest klimmen om daar op een smalle vensterbank te gaan zitten?
Inbrekers zijn mijn grootste zorg niet meer. Ik heb weinig dat het stelen waard is. Maar wat moet ik met de nieuwe schatkaarten van vandaag? Heb ik genoeg durf om ze voor echt aan te zien? Laat ik het maar eens toegeven: ik ken niks van het leven. Ik kan er niet mee om. Elke dag is blinde paniek en alle hens aan dek om buiten te komen. Maar ik heb één groot voordeel: de mensen die zelfverzekerd door de dagen wervelen, hen geloof ik niet. Ze liegen dat ze zwart zien. Ik ken niks van het leven, maar jij ook niet. En jij ook niet. Dus, waarom dan niks wagen?
maandag 18 juni 2007
Toen ik nog dichter was
ik heb je lief mag vandaag
geen dichter meer zeggen
Ondertussen aan kassa 4
Zaterdag 16 juni: een oud dametje komt in paniek aan de kassa waar ik aanschuif melden dat ze het klantenkaartje van haar vriendin kwijt is. Dat ze een uurtje geleden haar boodschappen kwam doen en dat ze het kaartje in de machien gestoken hebben en het daarna niet teruggegeven hebben en dat ze het al aan die kassa gaan vragen is en het is nochtans hetzelfde meiske maar ze zegt dat ze van niks weet en wat moet ze nu doen? Het is het klantenkaartje van haar vriendin... De kassierster bekijkt haar alsof ze een stuk stront is en repliceert spottend dat die kaartjes helemaal niet "in de machien" gaan en snauwt dat ze nog maar eens "tegoei" in al haar zakken moet zoeken. Het dametje druipt af.
Maandag 11 juni en zaterdag 16 juni: ik sta in de rij aan kassa 4 en doe niks.
Kleine Neef rapporteert
- Wat blieft ge, Kleine Neef?
- A'on!
- A'on?
- A'on! A'on! A'on!
- Euh... zeker dat.
- A'on! A'on! (op elke "on" priemen zijn twee wijsvingertjes driftig omhoog en bij mij begint er langzaam een oude Belgische frank te vallen)
- Ballon? Luchtballon? Heb je weer een luchtballon gezien?
- Ja! A'on!
- Waw, straf!
- *glunder*
Ik heb het verhaal gecheckt bij zijn moeder en het klopt.
vrijdag 15 juni 2007
Bootleg Bar voor de studerende mens
I look from the wings at the play you are staging
While my guitar gently weeps
As I'm sitting here doing nothing but aging
Still my guitar gently weeps
dinsdag 12 juni 2007
gedicht van o
(waar komt dit opeens vandaan?)
maandag 11 juni 2007
Als vandaag
zondag 10 juni 2007
Niet altijd gelijk
We houden het positief vandaag 2: de groenen zijn terug. (En nu geen wetten meer over chocoladesigaretten, hé?)
We houden het positief vandaag 3: ik heb toch minstens één politicus horen zeggen dat de kiezer NIET altijd gelijk heeft. (Eindelijk!)
donderdag 7 juni 2007
Barsten dan maar
"G8 bereikt compromis over het klimaat" (Ja, want het klimaat, dat is iets om compromissen over te sluiten.)"De deelnemende landen zullen het halveren van broeikasgassen
tegen 2050 in overweging nemen." (Hoi, nu komt alles goed. Stelletje idioten.)
Bootleg bar
Franse troubadour met veel foute liedjes en een paar afschuwelijk mooie. Zoals deze.
Dire Straits & Eric Clapton - Brothers in arms (live) (rechts klikken + opslaan als)
These mist covered mountains are home now for me. But my home is the lowlands and always will be. Someday you'll return to your valleys and farms and you'll no longer burn to be brothers in arms. Schoon.
Passing Afternoon
and they'll kiss as if they know
a baby sleeps in all our bones
so scared to be alone
(Iron & Wine, 'Passing Afternoon')
belofte
dan gaan we fietsen op de Noordzee
en dat zonder onder te gaan
Panamarenko deed het,
waarom wij dan niet?
woensdag 6 juni 2007
Kleine Neef ziet ze vliegen
De eerste activiteit op het programma was zeepbellen vangen: ik blies zeepbellen (ik kan dat namelijk zeer goed) en Kleine Neef holde ze achterna en probeerde ze te pakken. In zijn enthousiasme viel hij daarbij meermaals over zijn voeten, maar dat gaf niet want het was in het gras. De tweede activiteit was achter de bal hollen en er een lel op geven. Ook hierbij ging Kleine Neef meermaals tegen dek. Net toen wij een move van Ronaldinho aan het instuderen waren, verscheen aan de hemel een knalrode luchtballon. De eerste activiteit indachtig begon Kleine Neef met zijn handjes te reiken naar de wel zeer merkwaardige luchtbel, die echter koppig weigerde uiteen te spatten.
Hier zit zeker een moraal in, dacht ik. Of een universele waarheid. Of misschien wel beide. Maar ik had de moed niet om ze te formuleren.
dinsdag 5 juni 2007
Hef het glas
donderdag 31 mei 2007
Buigen dan wel barsten
De hamvraag blijft wel: hoeveel dagen kan ik het nog volhouden? En wat als ik barst in plaats van te buigen? Wat als het vitriool hier morgen van het scherm spat? Zullen jullie mij dan nog graag zien? Ik dacht: lezer in goede en slechte tijden. Maar kan een mens daar vandaag de dag nog op rekenen? Bah. Het valt niet mee om een crowdpleaser met een geweten te zijn.
Handelen
vrijdag 25 mei 2007
It's my own fault what happens to my heart
woensdag 23 mei 2007
vadergevoel
dinsdag 22 mei 2007
L'ombre de ton chien
Boetseerde hij op een witte dag geen verzen als 'Ne me quitte pas / je ne vais plus pleurer / je ne vais plus parler / je me cacherai là / à te regarder / danser et sourir / et à t'écouter / chanter et puis rire / laisse-moi devenir / l'ombre de ton ombre / l'ombre de ta main / l'ombre de ton chien'?
Als dat zo was, dacht de jongere zanger, dan was er niks om ons zorgen over te maken. Dan kwam alles vanzelf goed. Dan moesten we alleen onze ene voet telkens weer voor onze andere zetten. En neuriën. Dat deed hij dus. Ay Marieke, Marieke, il y a longtemps...
maandag 21 mei 2007
Bootleg Bar (opgevist)
Kommil Foo - Wat wil je dat ik doe
Paul McCartney - Here today (live)
The Damnwells - I am a leaver (acoustic draft)
Ik weet niet meer precies wat voor interessants ik daarover te melden had, maar ze zijn alledrie de moeite waard. O ja, en "Here today" gaat inderdaad over John.
Update: zoveel bitterzoetheid vraagt om wat tegengewicht
Oasis - Lord, don't slow me down (unreleased)
zaterdag 19 mei 2007
Kakkers
- 'k Ben op verploatsing hoan kiek'n histeren.
- Ha. 3-0 verloren hé?
- Mohotverdikke, joat! 't Woas 1-0 en ik zeg tegen miene vint: ze kunnen misschienst nog winnen! Die kakkers?, zegtie, ze hoan der nog 2 tegen kriegen! Ik zeg: hoa je ollichte zwiegen, ik zie gèren kakkers spelen!
- Tja.
- Twoas olliek 3-0, moar ik kan der niet tegen dattie ze kakkers noemt.
West-Vlaams is toch nog altijd honderdduizend keer mooier dan dat vettige Brabants.
donderdag 17 mei 2007
maandag 14 mei 2007
zonder
zaterdag 12 mei 2007
Bezoek
'Ga weg,' zei ik.
'Doe niet zo flauw. Mag ik niet even binnenkomen?'
'Nee.'
'O, komaahaan! En ik heb nog wel iets meegebracht!'
'Het gaat niet. Ik heb morgen hopen werk te doen en ik moet slaap inhalen.'
'Maar ik blijf echt niet lang. Gewoon even laten zien en dan ga ik weer weg.'
'Beloofd?'
'Beloofd!'
Ik zuchtte en gooide de deken opzij. Het vlees was zwak.
'Dag muze,' zei ik met opzettelijk weinig enthousiasme, terwijl ik de deur opende.
'Dag kniesoor! Nou, deze keer moest ik wel aandringen hoor! Maar zo lief van je dat ik toch binnen mag! Zo ontzettend lief!'
"Jaja. Schreeuw asjeblieft niet zo. Wil je de hele buurt wakker hebben?"
'Oooeew! Jij brompot! Nu lijk je een beetje op die ene van de zeven dwergen die aldoor loopt te mopperen! Zal ik je net als Sneeuwwitje een kusje op je neus geven?'
'Hou maar al op,' zei ik zwakjes. 'Wat heb je bij?'
'Oei oei, zo zakelijk! Dan schakel ik beter op de u-vorm over! Goed, wat heb ik voor u bij? Raadt u eens, moneer!'
Ik moest lachen. Hoe kon je daar nu kwaad op blijven? 'Sorry, muze. Het is niet dat ik je bezoekjes niet fijn vind, maar echt, ik ben afgepeigerd. De laatste weken kom je bijna iedere avond langs en je blijft altijd tot een gat in de nacht en dan ben ik overdag zo moe en zit ik te slapen aan mijn bureau en vergeet ik gemaakte afspraken en laat ik dingen uit mijn handen vallen en en... Wat heb je bij, muze?'
'Ik heb je favoriet bij, mijn lieve kunstenaar!'
'Een liedje?'
'Ja!'
'Ik neem mijn gitaar...'
'Dat dacht ik ook, ja! Dan ga ik intussen koffie zetten.'
'Goed. Maar morgenavond slaap ik echt gewoon door, hoor!'
'Ha, dat zullen we dan nog wel eens zien, lieverd! Melk en geen suiker hé?'
vrijdag 11 mei 2007
Nora: deel 6 (slot)
Ze is mooi zoals ze daar zit, ineengedoken tegen de muur. Angst is altijd mooi. Ze huilt met kleine schokjes en houdt haar tot vuisten geklemde handen voor haar mond. Ik vraag haar of het gaat, maar ik moet lachen als ik merk hoe hol die woorden klinken.
donderdag 10 mei 2007
Nora: deel 5
De deur slaat dicht. De vreemde is uit huis. Ik tast naar de warme plek naast mij en rol dan naar links tot mijn gezicht in haar hoofdkussen verdwijnt. De geur van amandelen, denk ik, maar dat heb ik gewoon ergens gelezen. Amandelen en nog iets anders, iets zoets. Als ik zo lang genoeg blijf liggen, dan stik ik.
De eerste dagen zal niemand iets merken – wij hadden niet veel contact met hem – en ook zij – alleen dat meisje kwam de laatste tijd vaak langs – heeft geen idee waar hij zou kunnen zijn. Kent u hem goed? Ja. Is hij je vriend? Ja (nee!), nog maar pas. Weeral tranen. Ze begint te overdrijven.
Na enkele weken klagen de buren over een allesdoordringende stank die uit zijn huis lijkt te komen. De deur wordt aan spaanders geslagen (wie zal dat betalen?) en in de slaapkamer vinden de rechercheurs het levenloze lichaam van de jongeman, reeds in verregaande staat van ontbinding. Doodsoorzaak? Moeilijk te zeggen. Zijn hart lijkt er simpelweg mee opgehouden te hebben. Het labo sluit zelfmoord uit en een hartinfarct lijkt onwaarschijnlijk gezien de jeugdige leeftijd van het slachtoffer. Moord? Ik ken dat meisje natuurlijk van haar noch pluim, meneer, maar ik vond het altijd al een rare, als u verstaat wat ik bedoel. Ze heeft hier eens een hele ochtend aan zijn deur staan bellen, terwijl alle rolluiken neer waren en meneer dus heel duidelijk niet thuis was.
Zij wordt meegenomen en ondervraagd maar veel krijgen de rechercheurs niet uit haar. Het onderzoek wordt enkele weken later afgesloten en in het officiële rapport wordt dan toch maar over een infarct gesproken.
De telefoon. Zij zegt dat ze me nu al mist. Dat ze vanavond zodra ze kan naar me toe zal komen. Zij zwijgt en ik haak in zonder een woord te zeggen. Ik moet op mijn hoede zijn. Zij is in mijn wereld aan het rommelen. Als het zo doorgaat, vind ik straks niks meer terug.
Opnieuw het schrille gerinkel van de telefoon. Ver weg vraagt een stem alles goed alles goed alles goed. Ik geef een ruk aan het telefoonsnoer dat meteen knapt. Gerinkel van glas. Moet even zitten want ik duizel en krijg terug hoofdpijn. Op de bank liggen, dat zal me goed doen.
Ik sluit de ogen en adem langzaam en diep in, tel tot drie, adem uit, tel weer tot drie, adem in, tel tot drie, adem uit… De zee kolkt. Vanuit het grijs van de hemel doemen twee zilverbruine ogen op, daarna de omtrekken van een neus en een mond. Flauw zonlicht breekt door de wolken en glijdt over haar wangen. Ze glimlacht me geruststellend toe. Maar als ik mijn handen uitstrek en naar haar lippen tast, vervaagt haar gezicht. Ver weg vriezen oceanen dood. De planeet kraakt in al haar voegen.
Voor wie het zich afvraagt
Nora: deel 4
Ze houdt van mij. Het valt niet meer te ontkennen. Eerste aantekening van vandaag. Het is nu bijna middag maar alle rolluiken zijn neer omdat ik nog geen daglicht kan verdragen. Ik moet gisteren onwel geworden zijn. Door de hitte, vermoed ik. Maar ik kan me er weinig van herinneren. Mijn huisdokter is hier geweest want toen ik vanmorgen rond negen uur wakker werd, vond ik op het tafeltje in mijn slaapkamer een doktersbriefje: twee dagen volstrekte rust.
De stekker van het telefoontoestel was uitgetrokken. Toen ik het apparaat weer inschakelde, zag ik dat zij drie keer had geprobeerd me te bellen: gisteravond om 22u17 en om 23u57 en nog eens heel vroeg deze morgen om 1u33. Met tegenzin maakte ik het voornemen om haar terug te bellen.
Ik denk dat ik toen even op bed ben gaan liggen om nog enkele minuten te rusten maar ik werd pas anderhalf uur later weer wakker door gerinkel. Het duurde lang voor ik besefte dat het de telefoon was en toen was het al te laat om nog op te nemen. Op het schermpje herkende ik haar nummer. Ik drukte op de terugbeltoets maar er nam niemand meer op. Toen even later de bel ging, wist ik waarom. Ze moest onmiddellijk naar hier vertrokken zijn.
Ik loop naar de hal en druk mijn oor tegen de deur. Voeten knersen op het grint. Ik wacht af. Ze belt nog een keer maar ik doe nog steeds niet open. Ze zal vier keer bellen. Vier is haar getal. Ze draagt vier gevlochten bandjes, twee rond haar rechter arm, twee rond haar linker enkel. Twee keer vier stappen van haar bed naar de badkamer. Vier keer vier stappen van de badkamer naar de ontbijttafel. Vier letters in haar naam. Vier letters in mijn naam.
Ze belt een derde keer. Nu schiet me te binnen dat ik beloofd had bij haar langs te gaan. Ze zou me voorlezen uit haar dagboek. Dat geen dagboek is. Maar dat ik toch zo noem om haar te pesten. De bel gaat een vierde keer en dan wordt het stil. Ik hoor haar aarzeling en daarna het geluid van haar voetstappen die zich verwijderen. Op dat moment open ik de deur terwijl ik de tranen al kan proeven.
woensdag 9 mei 2007
Nora: deel 3
De verpleger zegt dat hij blij is dat ik kon langskomen. Ik was minder opgetogen toen hij me vanmorgen opbelde. Ik vroeg of mijn vader soms ziek was. Nee, nee, ik moest vooral niet denken dat het ernstig was.
Hier binnen, in het belachelijk kleine kantoortje van de hoofdverpleger is het godzijdank iets minder warm maar erg benauwend. Ik zuig wat van de doffe lucht naar binnen maar de door mijn hoofd dreunende pijn wordt er alleen maar erger door. Wat zou zij nu aan het doen zijn?
De hoofdverpleger schat ik rond de vijfendertig. Ik stel met genoegen vast dat hij nog meer onder de hitte lijdt dan ik. In zijn hals staan kleine, vieze zweetdruppeltjes.
"Uw vader is de laatste tijd nogal onrustig," begint hij. "Hij slaapt slecht en is soms, nu ja, bijna onhandelbaar.” Ik zie dat er zich op zijn witte hemd ter hoogte van zijn oksels vochtkringen aftekenen. De verpleger lijkt min of meer te verwachten dat ik iets zal zeggen maar ik knik gewoon. Even aarzelt hij maar dan gaat hij verder.
“Hij lijkt voornamelijk af te zien onder het feit dat hij zo weinig bezocht wordt. Daar lijkt hij toch vaak op aan te sturen. Begrijp me niet verkeerd, ik weet dat u het druk heeft maar misschien…”
- ”Kunt u hem niet wat geven?”
- “Pardon?” De verpleger kijkt me niet begrijpend aan.
- “Kunt u hem niet iets geven waardoor hij beter slaapt?”
- “Natuurlijk, dat doen we ook. Maar slaap- of kalmeermiddelen vormen natuurlijk geen echte oplossing. Vaak hebben patiënten de indruk dat ze door hun familie…”
- "Als een last worden beschouwd?" onderbreek ik hem, terwijl ik mijn hoofd schijnbaar verveeld afwend. Ondertussen wordt die verduivelde hoofdpijn steeds erger. Door het raam zie ik hoe een oud mannetje de hitte trotseert en tergend langzaam door de tuin vooruit schuifelt. Als hij zou vallen en niet meer overeind geraakt, zou ik dat dan tegen de verpleger moeten zeggen? Hij kan het niet zien want hij staat met zijn rug naar het raam. Ik wil hier weg.
– "Het spijt me maar ik heb het inderdaad erg druk. Als er verder niets meer is, zou ik graag gaan." Ik sluit heel even mijn ogen. Inderdaad erg druk.
– "Wilt u uw vader niet zien?" vraagt de verpleger met gespeelde verwondering. Hij weet dat ik dat niet wil. Hij weet het. Met mijn linker handpalm druk ik hard op mijn linkerslaap terwijl de verpleger met een voddige zakdoek nogmaals het zweet van zijn voorhoofd en hals veegt.
– "Sorry, ik moet..." Ik draai me zonder te groeten om en stommel naar buiten. Ik weet dat de verpleger me, ditmaal oprecht verbaasd, staat na te kijken. De holle echo's van mijn voetstappen in de witte dodengangen doen me sneller ademen en lopen. Ik struikel, val en bots met mijn hoofd tegen… ik weet niet wat. De zee ruist in mijn achterhoofd. Stop.
dinsdag 8 mei 2007
Nora: deel 2
"Als je oud wordt, dan krijg je kleine takjes rond je ogen" zei ze gisterenmorgen nog op de terugweg. Zonder aanleiding. Ik vond het zo mooi dat ik wel kon janken. Toen ik thuis kwam heb ik dat dan ook gedaan. Daarna nam ik plichtsbewust plaats aan het bureau waar ik vele uren schrijvende doorbreng, en ik heb haar woorden opgeschreven. Andere notities die ik nog nam, waren: houdt zij van mij? Antwoord: nog uit te zoeken en zo ja, nagaan wat de daaraan verbonden consequenties zijn. Houd ik van haar? Antwoord: neen, beslist niet.
Dat neemt niet weg dat ik de laatste tijd vaak met haar optrek, ongetwijfeld te vaak. En ze sleept me steeds weer mee in haar bizarre gedachtekronkels. Toen ze mij voorstelde om naar de zee te gaan kijken op een voor mensenkinderen dodelijk vroeg uur had ik al toegestemd voor ik besefte wat ze precies gevraagd had. En morgen gaat ze mij, o gruwel, voorlezen uit haar dagboek. Haar dagboek dat geen dagboek is. Ze is tenslotte geen kind meer.
Wat me nog het meest verbaast, is dat ze me oprecht lijkt te mogen. Ik ben geen aangename persoon. Dat zeg ik niet uit zelfhaat maar omdat ik dat weet. Ik word door vrienden ‘cynisch' en 'twistziek' genoemd. En dat ben ik ongetwijfeld ook. Zij daarentegen noemde me onlangs ‘complex’ en ‘zoekend’. Ik moest erom lachen, maar ik straalde van trots.
Als ik 's avonds met haar langs de gesloten supermarkt ben gewandeld omdat dat verlangen opeens in haar opkwam en we bij het helle schijnsel van de eeuwig brandende daglichten hebben staan kijken naar die chaotische kleurenmozaïek van koopwaar, dan weet ik niet meer waar ik het heb. Ik denk dat ik geen keuze heb. Ik moet op regelmatige tijdstippen bij haar zijn. Ik voel geen liefde. Dat niet. Ik zou immers niet weten wat ik me bij liefde moet voorstellen. Maar ze doet een frisse wind door mij heen waaien, ze geeft me nieuwe, ongekende impulsen die schreeuwen om door mij, zelfverklaard kunstenaar, gebruikt te worden.
Ze is, hoe stom en gedateerd dat vandaag ook klinkt, mijn muze. Haar zilverbruine ogen zuigen me mee een wereld binnen die me van alles vertelt maar dan wel in een taal die ik niet ken. Nog niet, want ik heb voor mezelf al uitgemaakt dat ik niet opgeef voor ik de code ontcijferd heb. Ze intrigeert me en ze jaagt me op. Ze zal me inspireren tot grootste dingen. Dat voel ik.
maandag 7 mei 2007
Nora: deel 1
Het is koud en ik ben een idioot. Als er vandaag, een zondagochtend om zeven uur waarop ik slaapdronken voor de deur van haar huis sta te wachten, twee zekerheden in mijn leven zijn, dan deze. Ze opent de voordeur bijna een kwartier nadat ik heb aangebeld, ("Maar één keer, anders is iedereen wakker!") en lacht omdat ik er moe en verward uitzie. Ze slaat nog vlug een donkergroene sjaal om en gooit de deur dicht. Keihard. "Kom mee" zegt ze en flitst langs me heen. Ik zucht. Wat anders? Als ik me omdraai, is zij al om de straathoek verdwenen.
Hijgend kom ik na een korte achtervolging dan toch naast haar lopen. Ik haak mijn arm in die van haar. Voorlopig ontsnapt ze me niet meer. De zon op onze rechterkant scheurt de ochtendmist uiteen.
De zee. We gaan zitten, onze benen over de rand van de rots. Een twintig meter lager beukt het water schuim brakend tegen de krijtrotsen. Stilte, zij in gedachten verzonken, ik peilend naar de hare.
Plots vraagt ze of ik ook niet vind dat de zon vroeger anders was. Verrast door die vreemde vraag stamel ik iets dat zowel een ja of een nee kan zijn omdat ik niet weet wat zij erover denkt en omdat ik sinds kort krampachtig probeer om het in alles met haar eens te zijn. Maar zo makkelijk kom ik er niet onderuit. "Maar hoe…?" Ze maakt haar zin niet eens af, wendt zelfs haar gezicht af maar toch éisen haar ogen van mij een zinvolle repliek. Met een wetenschappelijke uitleg zal ze niet tevreden zijn. Misschien omdat elk individu op een heel eigen manier naar de dingen, en dus ook naar de zon, kijkt en dat de zon voor haar anders lijkt omdat ze zich nu anders voelt? Ik kan mezelf wel slaan. Wat een onzin. Maar zij vindt het prachtig zegt ze, met glazige ogen voor zich uit starend.
Ze zegt dat ze zich inderdaad anders voelt maar waarom weet ze niet. Ze kijkt omhoog, lijkt in haar hoofd naar woorden en zinnen te graven en dan begint ze te praten. Na een tijdje praat ze niet meer, ze vertelt. Dat ze zo onopvallend mogelijk probeert te bestaan maar dat ze niet weet of dat wel bestaan is. Dat ze zich soms afvraagt of God bestaat maar dat ze tegelijk beseft dat, als hij al bestaat, hij waarschijnlijk niet van haar verwacht dat ze zich vragen stelt omtrent zijn bestaan. Dat ze denkt dat er in stilte twee uitersten schuilen: eenzaamheid en veiligheid. Dat ze vroeger als klein meisje eens gedroomd had dat ze zich droevig voelde maar dat haar gezicht in een lach bevroren zat zodat iedereen dacht dat ze gelukkig was.
Ineens huilt ze. De zon spat uiteen op het bevroren zeeoppervlak en grote glazen tranen rollen langs de rotskust naar beneden tot tussen geel oplichtende scherven. Even stolt alles in één groot, verwarrend beeld op mijn netvlies, tot het water weer in beweging komt en alles wegspoelt.
Met de rug van haar hand wrijft ze langs haar ogen en springt recht. "Kom mee, het gaat regenen." Ik sta op en zie dat er inderdaad grauwe wolken samentroepen. Als ik me omdraai, is ze al een eind verder het pad in de richting van het dorp afgelopen.
Een nieuwe start
Voel je het? Die kakelversie bits en bytes! Welkom, reiziger. U zult wel moe zijn.
zondag 6 mei 2007
Cynisch
Verdediging:
0. captatio benevolentiae: wat hebt u mooie ogen!
1. het leven noopt soms tot cynisme
2. cynisch op de blog = minder cynisch in het leven?
3. cynisch op de blog = een kop die vooralsnog niet uit elkaar knalt?
4. uiteenzetting: cynisme als reddingsboei van de melancholicus/romanticus
Alle gekheid op een stokje: u hebt natuurlijk overschot van gelijk, jonkvrouwe. Maar er wordt echt echtig aan gewerkt.
dinsdag 1 mei 2007
Schuifdeuren
- Je moet gewoon één tikje tegen het handvat geven en ze gaat vanzelf weer dicht.- Hemmek u iet gevroagd?- Euh... neen.
donderdag 26 april 2007
Bootleg Bar: acoustic style!
It was hard enough to climb upon
It was slow-going at first
Sister, you have laid long in the sun
Aren't you dying of thirst?
Oh my dear your suit is candy-striped
And your legs are long and slim
If I whisper nothings in your ear
Will you pass them on to him?
Eén van de mooiste stemmen ooit (heeft u haar al eens 'Fields of gold' of 'Somewhere over the rainbow' horen zingen?) zingt het mooiste lied van Simon & Garfunkel.
Most of my fantasies are of making someone else come. Most of my fantasies are of to be of use. To be of some hard, simple, undeniable use. Like a spindle, like a candle, like a horseshoe, like a corkscrew. To be of use. Most of my fantasies are of making someone else come. On a horse, over palms laid, on the threshold, on the coming day.