vrijdag 28 september 2007

Vergaderen

Toen het al tien seconden stil was en alle ogen rond de tafel op mij gericht bleven, begreep ik dat iemand mij een vraag gesteld had. Helaas had ik enkele minuten geleden afgehaakt. Ik beet op de nagel van mijn linkerduim. Iemand anders ritselde wat met zijn papieren.

Haakjes open.

(Ja kijk. Ik vind vrouwen geweldig, laat dat duidelijk zijn. Alleen. Vergaderen, dat is meestal niet hun ding. En als ze dan nog eens in de meerderheid zijn, ho maar, hou je vast aan de takken van de bomen. Afwijken en uitweiden tegen de sterren op. Dan kan een weldenkend man beter afhaken.)

Haakjes sluiten.

"Sorry, ik was even niet aan het opletten" bracht ik schor uit. Toen knalden een handvol vrouwelijke lachsalvo's de lucht in. Ik grijnsde schaapachtig. Waren ze niet geweldig? Vrolijk begonnen ze terug te vergaderen. Mijn enige mannelijke collega rond de tafel knipoogde samenzweerderig en haakte daarna terug vol overtuiging af. Een weldenkend man.

Zo kwam alles toch nog goed. Of toch bijna. Vroeger moest ik niet vergaderen. Vroeger waren er speelgoedbeesten.

Geen opmerkingen: