maandag 30 juli 2007

De Vlaamse klei

Het is vreemd hoe mensen zich vastklampen aan de morzel grond waarop ze geboren zijn. Niet dat ik anders ben. Er schuilt weliswaar een gigantische aantrekkingskracht in de gedachte om alle bruggen op te blazen en nooit meer boven water te komen. Jezelf te begraven in een uithoek van de wereld, bijvoorbeeld in het Antilliaanse zand. Los van alles wat je vertraagt en verzwaart: familie, herinneringen, gewoontes...
Maar tegelijk zegt iets me dat ik het niet zou kunnen. Om te doen wat ik doe, moet ik mijn taal rondom mij kunnen ruiken en voelen. Haar geweld aandoen. Af en toe eens in haar hals bijten. Als Raymond van het Groenewoud verzucht: 'Trek me uit de Vlaamse klei', dan zucht ik met hem mee, maar ik zal altijd weer terug moeten.
De verre wegen lonken alleen maar zo nadrukkelijk omdat er iets als een thuis is, die hen 'ver' maakt.

dinsdag 24 juli 2007

weg

geen gsm
geen computer
drie dagen het hoofd leeg maken
vanaf

nu

zondag 22 juli 2007

eender wat

zaterdagnacht en het lelijke kind belgië is net jarig geweest. daar dronken we op, alle redenen zijn goed. later vond ik mijn uitgeschopte sandalen even niet meer terug (ik ben goed in kwijtspelen) maar ze lagen gewoon onder de zetel. verschoning, ik bedoel natuurlijk zitbank. (ga toch wandelen, stelletje taalpuristen. zitbank, hoe komt een mens erop? niemand gebruikt dat woord. niemand. en de taal is nog altijd van de taalgebruiker.)
er moet dringend nog eens iets gebeuren. eender wat. leven in de brouwerij. poppen aan het dansen. juli is begot al bijna verschwunden, slaat de schrik me om het hart. nu niet gaan krijsen, niet op dit uur. zat er weer teveel existentiële angst in de wijn? dat stond niet op de doos.

zaterdag 14 juli 2007

Drie dingen

Dat het nog steeds een onbeschrijfelijk genot is om opeens die ene laatste zin te vinden waardoor een tekst als geheel in de juiste plooi valt.

Dat deze blog al een paar weken in een soort zomerslaap verzonken is. Te druk met niksen.

Dat Kamagurka mijn gedachten gelezen heeft (zie citaat), al hoorde ik gisteren nog Ed Harcourt op Stubru. Er is nog hoop.

"Verdomme, wat een slappe koek op die radio. Niets wat nog verrast. Niets wat er niet evengoed niet had kunnen zijn. Als het geen noodzaak heeft, laat het dan toch. Er moet een dwingende toestand zijn waardoor je die dingen maakt."
(Kamagurka in De Morgen van 14 juli)

woensdag 11 juli 2007

most of the time i got nothing to say

zo mooi wordt het nooit meer, dacht ik, terwijl "oh my sweet Carolina" voor de vijfde keer die dag door de kamer schalde. was trying to find me something but I wasn't sure just what. ketsend van muur tot muur, tussen de dozen die staan te wachten op de verhuis. ingepakt verleden. bought a borrowed suit and learned to dance. tap tedap dap. leren dansen, dat is iets voor mijn volgende leven. dansen doe ik niet. zéker niet als men begint aan te dringen. de eerste dozen had ik nog min of meer logisch gevuld, daarna begon al snel de complete willekeur te overheersen. logica is zo saai. funny how they say that some things never change. zo mooi wordt het nooit meer. niet deze krocht van een kamer, daarvoor valt ze toch net te licht uit in de vergelijking met het nieuwe appartement. ryan. die wordt nooit zo mooi meer, dacht ik. up here in the city feels like things are closing in. the sunset is just my lightbulb burning out. (oh de zoete grond waar ik geboren ben) op je eerste soloplaat meteen maar een klassieker schrijven. come pick me up. één klassieker? take me out. een handvol klassiekers. fuck me up, gij trut. steal my records. wat moet je daarna nog op al je andere platen? doorslagjes maken, dacht ik. en ik zuchtte op gekunstelde wijze.
niet waar natuurlijk, het werd later nog vaak zo mooi. bijna toch. telkens op een haar na. en kijk. gisteren nieuwe cd gekocht en nu twijfel ik of er een derde lied van ryan mijn eeuwige top tien binnengesijpeld is. voorlopig in elk geval. (gezocht: bevallige jongedame om met vingernagels het kiekenvlees van mijn armen en rug te schrapen. gelieve zich te onthouden indien niet ernstig)

woensdag 4 juli 2007

Personages

Vaak heb ik zin om in het holst van de nacht weg te gaan. Vooraf tegen niemand iets zeggen. Niets meenemen ook, behalve dit broeierige lijf dat nooit slaapt. Geen enkele keer achterom kijken, want dan word ik blind. Hier en daar zal aan het oppervlak wel wat gemis vertoond worden en er zullen misschien mooie rituelen zijn. Maar daarna wordt alles terug gewoon.
Ik vorder gestaag en net als ik mij begin af te vragen wat ik ook al weer aan het doen was, of ik misschien voor iets op de vlucht was, of ik daarentegen iemand op de hielen zit, net dan kom ik waar de lucht het land weer raakt. Waar platen nooit blijven hangen. Waar ik geen lijken in mijn kast heb en andere mensen geen bordkartonnen personages zijn. Waar ik zelf geen bordkartonnen personage ben.
Iemand zonder naam verzorgt er zwijgend mijn stukgelopen voeten en vermoeit mij niet door te willen weten wie ik ben. Kleine handelingen volstaan om alle tijd die ons nog rest op te vullen.

In de marge van het wereldgebeuren vraag ik mij af

hoe lang het al geleden is dat ik de zee nog heb gezien.

op consequente wijze inconsequent

Dat ik eergisteren nog het compleet tegenovergestelde beweerde van wat ik vandaag zeg. (harde stem) Niet waar. Wel waar. Niet waar. Wél. (Ik word letterlijk geciteerd en er gaan inderdaad wel wat belletjes rinkelen) Zou het? Ja, echt.

Dat ik dus mezelf tegenspreek en niet consequent ben. Ha. Heb ik al vaak mogen horen. Pleeg ik ook vaak over mijzelf te zeggen: "Ik ben alleen maar consequent in mijn inconsequentie." Omdat ik er genoegen in schep om dat over mijzelf te zeggen. (Terwijl ik het eigenlijk uit een liedjestekst gepikt heb.) Het klopt ook. Maar amusant is het niet.

(Het verlangen om onszelf te zijn is meestal niet zo groot)

En toch. Als je het moment per moment bekijkt. Vind ik mezelf helemaal niet zo inconsequent. (Maar mag dat?)

maandag 2 juli 2007

Op de vlucht voor Fata Morgana

Mensen die daarvoor gestudeerd hebben, zeggen dat Fata Morgana goed is voor de sociale cohesie. Daar wil ik verder geen grote uitspraken meer over doen, want ik heb al het hele weekend op mijn kop gekregen omdat ik het waagde daar enkele kanttekeningen bij te maken. Ik zou een elitarist zijn en zo. Gewoon accepteren dat er (1) ook mensen zijn die Fata Morgana een irritant programma vinden en (2) niet meteen hun broek willen afsteken van zodra ze een cameraploeg aan de horizon zien verschijnen, dat zat er blijkbaar niet in.